Plaatselijke Regels:

• • • • • Buiten de baan is gemarkeerd met hekken of witte palen langs de terreingrenzen.
        • Indien een hindernis is voorzien van een beschoeiing, geeft de buitenzijde hiervan de grens van de hindernis aan.
        • Alle niet-gemarkeerde geulen en greppels moeten worden behandeld als deel van het algemene gebied en niet als hindernis.
        • Grond in bewerking is gemarkeerd met blauwe palen of lijnen. Indien er sprake is van belemmering, mag de speler die belemmering ontwijken volgens Regel 16.1.
        • Zwerfkeien, al dan niet gestapeld, zijn vaste obstakels en mogen worden ontweken volgens Regel 16.1.
        • Een vast obstakel in het algemene gebied dat op de speellijn binnen twee clublengten van de green en binnen twee clublengten van de bal ligt, mag worden ontweken volgens Regel 16.1b. Een vast obstakel mag volgens deze Plaatselijke Regel niet worden ontweken als de speler een speellijn kiest die duidelijk onredelijk is.

Straf voor overtreding van een Plaatselijke Regel: Algemene Straf.

Tijdelijke Plaatselijke Regels worden gepubliceerd tegenover de ingang van de golfshop en/of op het informatiebord in de hal van het clubhuis.

 

Tijdelijke plaatselijke regels

Geldig op 27 en 28 april 2024

1. Plaatsen: Model Plaatselijke Regel E-3 is van toepassing.
   Samengevat: Als de bal in het algemene gebied gemaaid op fairwayhoogte of lager ligt, mag de speler éénmaal een bal plaatsen op een plek naar keuze binnen 15 cm, maar niet dichter bij de hole.
2. Bal schoonmaken: Model Plaatselijke Regel E-2 is van toepassing.
   Samengevat: Als de bal in het algemene gebied ligt, mag de bal worden opgenomen, schoongemaakt en teruggeplaatst zonder straf. De plek van de bal moet worden gemarkeerd voordat hij wordt opgenomen.
3. Abnormale baanomstandigheden:
   1. Diepe sporen ontstaan door voertuigen zijn in het algemene gebied grond in bewerking. In geval van belemmering mag de speler die belemmering ontwijken volgens Regel 16.1b.
      Waar een gebied met beschadigde grond zich vlak naast het pad bevindt, wordt dit behandeld als één abnormale baanomstandigheid bij het zonder straf ontwijken volgens Regel 16.1b.
   2. Het gebied gemarkeerd met de blauwe lijn op Zuid 4 is een verboden speelzone die moet worden behandeld als een abnormale baanomstandigheid. Een belemmering door deze verboden speelzone moet worden ontweken volgens Regel 16.1f.
      Extra ontwijkoptie: Model Plaatselijke Regel E-1.2 is van toepassing.
      Samengevat: Als een extra mogelijkheid voor het ontwijken van deze abnormale baanomstandigheid mag de speler een bal in de naastgelegen droppingzone droppen. Deze droppingzone is een dropzone zoals bedoeld in Regel 14.3.
   3. Schade door kraaien: Als de bal in of tegen een gat gemaakt door een kraai, al dan niet hersteld, op de green van Zuid 6 of 7 ligt, mag de speler de belemmering zonder straf ontwijken volgens Regel 16.1d. Er is geen sprake van een belemmering als het gat alleen een belemmering vormt voor de stand of voor de speellijn.
      Dergelijke schade mag ook worden hersteld volgens Regel 13.1.